Bestuiving

Bestuiving is een belangrijke stap in de  voortplanting van zaadplanten. De overdracht van stuifmeelkorrels (hierin zitten de mannelijke geslachtscellen) van de meeldraad naar de stempel van de stamper met hierin de vrouwelijke eicellen. Het proces van bestuiving bij zaadplanten vereist bestuivers die de stuifmeelkorrels verplaatsen van een meeldraad naar een stempel.

Stuifmeel

Hommels en bijen vliegen van bloem naar bloem en verzamelen nectar, dat later wordt omgezet in honing. Stuifmeel wordt actief en passief meegenomen. De insecten verzamelen het stuifmeel door te wrijven tegen de meeldraden van de plant. Het stuifmeel verzamelt zich op de achterste poten in de dichte haren die als stuifmeelkorf worden gebruikt. Bij het bezoek aan meerdere bloemen kunnen stuifmeelkorrels overgebracht worden.

Voeding voor bijen

Nectar levert koolhydraten en het stuifmeel verstrekt proteïne. Wanneer larven grootgebracht worden, wordt stuifmeel verzameld om zo de baby bijen van de noodzakelijk voeding te voorzien.

Waarom worden honingbijen ingezet voor de bestuiving?

Bestuiving is belangrijk in de tuinbouw omdat de meeste vruchten zich pas zullen ontwikkelen als de eicellen worden bevrucht. 35% van de wereldproductie (in ton) voor menselijk voedsel is op de één of andere manier afhankelijk van bestuiving. Bestuiving wordt daarom beschouwd als een ecosysteemdienst. Bestuiving wordt echter bedreigd door een grootschalige insectensterfte en afname van de insecten populaties.

Meer bestuivers nodig

Door de tendens naar monocultuur landbouw zijn er in de bloeitijd grotere aantallen bestuivers dan ooit tevoren nodig. De andere tendens is de daling van bestuivers aantallen door insectensterfte, wegens hoog pesticidegebruik, nieuwe ziekten en parasieten van bijen, afname van imkerij, ontwikkelingen in voorsteden en verwijdering van hagen en ander habitat in het landschap.

Beschermen van bestuivers

Het beheer van de bestuiving is een tak van de tuinbouw met het doel om bestuivers te beschermen en te verbeteren, en het toevoegen van bestuivers in monocultuursituaties, zoals fruitboomgaarden. Honingbijen worden o.a. ingezet op komkommers, pompoenen, meloenen, aardbeien en veel andere gewassen.